Chronische tinnitus

Tinnitus of fantoomgeluid, soms ook oorsuizen genoemd gaat gepaard met het horen van sis-, fluit-, brom- of pieptonen in één of beide oren. Deze waarneming wordt door de lijder gedaan maar niet door anderen (95%). Het geluid wordt vooral waargenomen wanneer er geen of minder omgevingsgeluid is en kan zo luid zijn dat het horen wordt belemmerd. Tinnitus komt soms voor in combinatie met hyperacusis (overgevoeligheid voor externe geluiden).

Tinnituspatiënten vallen vandaag de dag nog al te vaak tussen de wal van de Audiologie en het schip van de GGZ. Nochtans weten we uit recent onderzoek dat (1) de luidheid van het tinnitusgeluid niet geassocieerd is met de tinnitus hinder, de tinnitus wordt pas hinderlijk als er sprake is van cognitieve misinterpretatie; en (2) dat de vrees voor tinnitus vaak hinderlijker is dan de tinnitus zelf, de tinnitus wordt minder hinderlijk in het dagelijks leven door een daling in tinnitus-gerelateerde vrees. Onderzoek toont eveneens aan dat gespecialiseerde cognitieve gedragstherapie (CBT) voor tinnitus de meest effectieve behandeling is in het verminderen van subjectieve tinnitus klachten (en dat –

hoewel CBT voor tinnitus niet goedkoper is dan de standaardbehandeling, de winst aan effecten ruim opweegt tegen de kosten (Maes, et al., 2013).

In geval van chronische tinnitus worden niet zozeer perifere, dan wel centrale veranderingen in de neurale circuits gezien als mogelijke oorzaak van de tinnituswaarneming (o.a. neuronale synchroniciteit, betrokkenheid van prefrontale en limbische gebieden, betrokkenheid autonoom (sympathisch) zenuwstelsel, ..). Tinnitus ontstaat vaak pas veel later dan aanvang van het originele gehoorprobleem en gaat vaak gepaard met stressvolle levensgebeurtenissen. Stress kan tinnitus induceren of verergeren. De betrokkenheid van het limbisch systeem en het AZS tonen aan dat fysiologische, emotionele, cognitieve, en gedragsaspecten belangrijk zijn in het in stand houden van chronische tinnitus klachten.

Wij volgen een trapsgewijze multidisciplinaire aanpak. Patiënten dienen eerst bij de NKO-arts en audioloog gepasseerd te zijn ter uitsluitsel van organische aandoeningen zoals bv. middenoorontsteking of objectief gehoorverlies. Hierna bieden we een gespecialiseerde behandeling die in groep (of individueel) gevolgd kan worden.